In de nacht van 4 op 5 februari 1825 werden grote delen van Overijssel getroffen door een ramp van ongekende omvang. Tijdens een zware noordwesterstorm en een gelijktijdige springvloed braken de dijken langs de Zuiderzee, het Zwarte Water, de IJssel en de Vecht op maar liefst 65 plaatsen door. De stormvloed van 1825 was de grootste natuurramp van de negentiende eeuw in Noordwest-Europa. Historici Martin van der Linde en Marieke van Zanten vertellen het verhaal van de watersnoodramp en welk effect dit heeft gehad op Zwolle en omgeving. Ook gaan ze met Nanco Dolman, ingenieur bij Deltares, in gesprek over de huidige bescherming van Zwolle tegen het water en de klimaatopgaven voor de toekomst.