Met de Vrede van Munster komt een eind aan de Tachtigjarige Oorlog. Een Zwolse schilder staat er met zijn neus bovenop.
Op 15 mei 1648 bekrachtigt de Vrede van Munster de onafhankelijkheid van de Republiek der Verenigde Nederlanden. De Zwolse schilder Gerard ter Borch jr. reist met de delegatie van de Staten-Generaal mee naar Munster en is getuige van de vredesonderhandelingen. Als een ‘levend fototoestel’ legt hij op een schilderij vast hoe de vrede wordt gesloten. Gerard geeft zichzelf ook een plaats op het werk. Helemaal links op het schilderij kijkt hij ons aan.
Met een afmeting van 45 centimeter breed en 58 centimeter hoog is het tafereel van olieverf op koper niet heel groot. Gerard vraagt er 6.000 gulden voor: een vermogen voor die tijd. Het lukt hem niet om het ‘geboortekiekje’ van de Republiek voor die prijs te verkopen. Toch zal hij wel aan het werk hebben verdiend, want hij maakt er een ets van, die over heel Europa is verspreid. Het originele schilderstuk hangt nu in het Amsterdamse Rijksmuseum.
Los van de schilderkunstige kwaliteiten, is het onderwerp van de voorstelling spraakmakend. Dat de revolutie van een volk tegen zijn vorst zou eindigen in een wereldmacht, kon niemand voorspellen. Zwolle maakt deel uit van deze succesvolle nieuwe staat. De stad is vertegenwoordigd in de Staten-Generaal en heeft zitting in belangrijke bestuurslichamen van de Republiek, zoals de Raad van State, de Generaliteitsrekenkamer, de Admiraliteiten en kamers van de VOC en WIC.